A In fysische zin is informatie opslag van gegevens in enigerlei vorm (op papier, op de harde schijf van een computer, enzovoort).
B In de informatietheorie ontwikkeld door C. Shannon en W. Weaver is informatie de mate waarin een bericht niet kon worden voorzien. De informatiewaarde van een mededeling of gegeven houdt namelijk gelijke tred met het verschil tussen mijn onzekerheid of onwetendheid voorafgaand aan de informatie en mijn zekerheid of kennis daarna. Voor iemand die buiten in de regen staat, is de mededeling: ‘Het regent,’ geen informatie, voor iemand die binnen verdiept is in een televisieprogramma misschien wel. Men kan ook zeggen: informatie is pas informatie als wat er in die informatie wordt meegedeeld ook anders had kunnen zijn. ‘Deze beide massa’s trekken elkaar aan,’ is voor de fysicus geen informatie, omdat twee massa’s elkaar altijd aantrekken. ‘Dit deeltje is elektrisch negatief geladen,’ is wel informatie, want een deeltje kan ook positief geladen of elektrisch neutraal zijn.
✠
‘Alles is informatie’
De getallenmystiek van de antieke pythagoreeërs en het transcendentale idealisme van Immanuel Kant ontmoeten elkaar in de moderne stelling: ‘Alles is informatie.’
(a) In een door computers beheerste tijd heeft de gedachte postgevat dat de wereld zelf is gestructureerd als een computerprogramma, namelijk als een verzameling van enen en nullen, of ‘bits’. Het oude pythagorisme herleeft hier als informatie-ontologie: de wereld is informatie en bits zijn de bouwstenen van het universum. De materie in al haar verschijningsvormen — van atomen tot sterren en mensen — rijst op geheimzinnige wijze uit deze bits op, vandaar de Engelse slogan: ‘it from bit’. Hoe kan echter uit getallen of bits een wereld oprijzen die meer dan getal is? Men kan informatie gebruiken om de bestaande materie te modelleren of te veranderen, maar de getallen in het hoofd van de wiskundige nemen niet uit zichzelf een materiële gedaante aan en evenmin rijzen uit de virtuele realiteit van een computerspel spontaan wezens van vlees en bloed op. Informatie is informatie over iets. De sprong van ‘drie’ naar ‘d rie koeien’ vereist het bestaan van koeien. De sprong van ‘18’ naar ‘18 °K’ vereist het bestaan van een fysisch systeem waarvan de temperatuur kan worden gemeten. Getallen beschrijven kleur, massa, energie; zij hebben geen kleur, massa of energie. Ook virtuele realiteit is overigens meer dan enen en nullen. Zij bestaat als een computerscherm met een laag van vloeibare kristallen waarop kleuren en patronen zichtbaar worden en als de ogen van organisch materiaal die die patronen en kleuren registreren.
(b) Door Kant geïnspireerd is de redenering dat de wereld misschien niet louter informatie is, maar dat zij in onze kennis en voorstellingen toch de vorm van louter informatie aanneemt. Van wat er achter deze informatie schuilgaat, weten wij niets, zoals wij volgens Kant ook niets kunnen zeggen over de dingen op zichzelf maar alleen over hoe ons verstand zich de dingen voorstelt. Men kan wel geloven dat er een wereld bestaat buiten en achter de informatie die wij over de wereld hebben, maar dit onderscheid tussen de wereld op zichzelf en onze informatie over de wereld heeft volgens de Oostenrijkse kwantumfysicus Anton Zeilinger geen praktische of wetenschappelijke betekenis. Een dergelijke informatie-epistemologie houdt alleen steek als men de term ‘informatie’ ruimer neemt dan een verzameling getallen of een reeks enen en nullen. Getallen werken en veranderen niet maar wij weten van de wereld dat zij verandert en dwingend op ons inwerkt. Men kan zich stoten aan een steen, niet aan de getallen die die steen fysisch beschrijven.
Minder bezwaar lijkt er te maken wanneer men de stelling in de kop van deze paragraaf leest als: ‘Alles bevat informatie.’ Elk ding deelt ons als het ware zijn aanwezigheid, zijn eigenschappen en zijn werking mee. Alles draagt informatie maar het behoort tot het wezen van informatie dat die niet exclusief aan een bepaalde drager verbonden is. Informatie kan van het ding worden losgemaakt en worden gekopieerd of opgeslagen: in luchttrillingen of lichtgolven die oor en oog treffen, als kennis in de hersenen, als letters in een boek, enzovoort. Zonder deze eigenschap zou informatie voor ons onbruikbaar zijn en zou er dus geen informatie bestaan.
(a) Deze gedachte heeft sommige onderzoekers verleid tot een andere opvatting, namelijk dat informatie iets afzonderlijks is, een derde bestaansvorm, naast de materie enerzijds en het bewustzijn anderzijds. ‘Informatie is informatie, geen materie en geen energie,’ schreef de wiskundige N. Wiener. De kernfysicus C.F. von Weizsäcker vergeleek informatie met de platoonse ideeën die niet in ons bewustzijn maar in een afzonderlijke wereld resideren.
(b) Daarentegen onderstrepen D. Deutsch en C. Marletto het fysische karakter van informatie. Volgens deze auteurs is informatie vergelijkbaar met een begrip als energie. Beide zijn gebonden aan een fysische drager, informatie bijvoorbeeld aan de luchttrillingen in een ruimte waar muziek wordt gemaakt, aan de wijzers van een klok of aan het LCD-scherm waarop een internetpagina te zien is. Over beide kan men echter ook theorieën opstellen zonder verwijzing naar een specifiek medium of een specifiek fysisch object dat de drager van informatie of van energie is. Informatie, aldus Deutsch en Marletto, is evenals energie een fysisch begrip dat gebonden is aan fysische wetten en thuishoort in fysische theorieën.